Het eiland Wieringen rond
Inleiding
Het voormalige eiland Wieringen ontleent zijn naam aan het oud Friese woord “wird” dat “hoogte” betekent. Het is ontstaan in de voorlaatste ijstijd, het Saalien. Landijs duwde de zandbodem met kracht omhoog waardoor er stuwwallen werden gevormd die nog steeds in het landschap te herkennen zijn.
Tot het eind van de 12e eeuw lag Wieringen als een keileembult in het uitgestrekte veenlandschap van Noord-Holland. Door de stijgende zeespiegel en stormvloeden, waaronder de Allerheiligenvloed in 1170, werd Wieringen van het vasteland gescheiden en tot een eiland gevormd. Opgesloten tussen dijken en kliffen leidden de bewoners een geïsoleerd bestaan. De inkomsten kwamen uit lichtschipperij (kleine schepen die goederen van grote koopvaardijschepen over de ondiepe Zuiderzee vervoerden), visserij en wierhandel.
Wieringen lag zo afgelegen dat het 5 jaar lang dienst deed als verbanningsoord voor de Duitse kroonprins Friedrich Wilhelm die aan het eind van de Eerste Wereldoorlog met zijn vader, keizer Wilhelm II, naar Nederland was gevlucht.
De Zuiderzeewerken maakten een einde aan het eilandbestaan. In 1925 werd het Amsteldiep afgesloten, gevolgd door de oostelijke Wieringermeerdijk. Met de voltooiing van de Afsluitdijk werd Wieringen weer verbonden met het vasteland.
In twee etappes maken we een rondwandeling over het oude eiland. Al wandelend over wier- en waddendijken, langs oude haventjes, over slingerende weggetjes en door knusse dorpjes ervaar je nog steeds het eilandgevoel.